
De Schone Namen van Allah: al-Quddus
Inhoud
Wat betekent al-Quddūs?
De naam al-Quddūs, de Allerheiligste, behoort tot de 99 Schone Namen van Allah. Deze naam weerspiegelt de absolute zuiverheid van Allah. Dit geldt niet alleen moreel, maar ook voor Zijn goddelijke wezen en eigenschappen. Het betekent dat alles wat Allah doet en beslist, volledig zuiver en deugdzaam is. Zijn wezen en eigenschappen bevatten geen enkele onvolkomenheid of fout. Deze perfectie onderscheidt Hem van alle soorten tekortkomingen die typisch zijn voor mensen en de natuurlijke wereld.
Allah’s heiligheid
Bovendien benadrukt al-Quddūs dat Allah ver verheven is boven de materiële wereld. Hij is niet gebonden aan tijd, ruimte, lichaam of beperkingen. Dit onderstreept ook Allah’s volkomen heiligheid. Immers, we spreken pas van heiligheid wanneer iets vrij is van alle soorten gebreken en tekortkomingen. Als er in iets gebreken of tekortkomingen zouden zijn, dan zou het niet heilig zijn.
al-Quddūs is ook vrij van alle tegenstellingen, rivalen, partners en deelgenoten. Niets is aan Hem gelijk of kan Hem evenaren. Alleen de Allerheiligste kan worden aanbeden en niemand anders. Dit toont aan dat alleen Allah aanbiddenswaardig is en dat Hij de bron van alle heiligheid is.
De naam al-Quddūs in de Koran
De naam al-Quddūs, komt twee keer voor in de Koran, namelijk in de soera al- Ḥashr, vers 23: “Hij is Allah, er is geen god behalve Hij, de Koning, de Allerheiligste,” [1]
en in soera al- Jumuʿah, vers 1:
“Alles wat zich in de hemelen en op de aarde bevindt, verheerlijkt Allah, de Koning, de Allerheiligste, de Almachtige, de Wijze.” [2]
al- Quddūs; het gebed van de Profeet ﷺ
De naam al-Quddūs staat in de overleveringen van de Profeet, vrede zij met hem, als volgt vermeld. Vrouwe ʿĀisha zei dat de Gezant van Allah, vrede zij met hem, in de knie- en grondbuiging zei: “Heerlijkheid zij U (Subbūḥun), Allerheiligste bent U (Quddūsun), Heer van de engelen en de geest.” [3]

De aartsengel Jibrīl is de heilige geest
Allah is de Bron van alle heiligheid. Hij noemde de aartsengel Jibrīl (Gabriël) in de Koran de Rūh al-Quds, oftewel de heilige geest. Hij zegt in soera al- Naḥl, vers 102:
Zeg: ‘De Heilige Geest heeft het van jouw Heer in waarheid neergezonden, opdat Hij degenen die geloven moge versterken en als een leidraad en blijde tijding voor de moslims.’ [4]
Aartsengel Jibrīl (Gabriël) wordt ‘de Heilige Geest’ genoemd omdat hij, net als Profeet ʿIsā (Jezus), direct door Allah is geschapen zonder tussenkomst van een vader. Beiden worden aangeduid als ‘geest’. ʿIsā draagt specifiek de titel ‘Geest van Allah’ (Rūḥul-Lāh). Deze termen wijzen niet op een letterlijk deel van Allah zelf, maar benadrukken hun hoge status en verbondenheid met Allah. [5]
De engel Jibrīl wordt bovendien zo genoemd omdat hij het geloof leven inblaast. Hij doet dit op dezelfde wijze als de geest die leven geeft aan het lichaam. Jibrīl is verantwoordelijk voor het overbrengen van de openbaring aan de profeten. De mensen die vervolgens belast zijn met het volgen van deze openbaringen, leven in hun geloof. Zo houden de mensen het geloof levend door deze openbaringen. [5]

Hoe de naam al-Quddūs toe te passen in je eigen leven
De naam al-Quddūs, wat “de Allerheiligste” betekent, moedigt ons aan om na te denken over de zuivering van ons hart en ziel. Deze zuivering betreft het elimineren van negatieve eigenschappen en het verbeteren van onze tekortkomingen. Het is een proces dat diepe zelfreflectie en toewijding vereist.
Bewustwording en erkenning: Voordat we kunnen beginnen met het reinigen van onze ziel, moeten we onze tekortkomingen en slechte eigenschappen erkennen. Dit vereist een nederige en eerlijke zelfbeoordeling.
Actieve eliminatie: Zodra we ons bewust zijn van onze negatieve eigenschappen, is het essentieel om actieve stappen te zetten om deze te verminderen of te elimineren. Dit kan betekenen dat we ons gedrag veranderen. We kunnen ook nieuwe gewoonten ontwikkelen. Bovendien kunnen we steun zoeken bij anderen.
Spirituele groei: Door onszelf van deze negativiteit te zuiveren, kunnen we de spirituele voordelen van al-Quddūs ervaren. Dit leidt tot een zuiverder, vreedzamer innerlijk leven. Het zorgt ook voor een sterkere verbinding met Allah.

Formules van de Profeet Mohammed ﷺ
De Profeet Mohammed, vrede zij met hem, heeft veel overleveringen nagelaten die ons kunnen inspireren en motiveren om ons te reinigen. Enkele van deze zijn:
Zich niet bezighouden met het overbodige
Een teken van een goede moslim, iemand die de islam goed beoefent, is dat hij of zij zich niet ongevraagd met anderen bemoeit. Deze eigenschap wordt gezien als een tekortkoming en is zeker niet geliefd. We moeten onze aandacht en energie richten op wat echt belangrijk is. De Profeet Mohammed, vrede zij met hem, verwoordde dit als volgt:
“Een teken van iemands goede islam is dat hij zich niet bezighoudt met zaken die hem niet aangaan.” [7]
Matigheid in consumptie
Vaak leidt overmatige consumptie tot luiheid, ongezondheid en andere slechte eigenschappen. De Profeet Mohammed, vrede zij met hem, waarschuwde hiervoor en zei:
“Een mens heeft geen slechtere container gevuld dan zijn maag. Het is voldoende voor de mens om enkele happen te nemen om zijn rug recht te houden. Als het echt niet anders kan, dan een derde voor zijn voedsel, een derde voor zijn drank en een derde om te ademen.” [8]
Het belang van berouw
Wanneer we ons bewust zijn van onze tekortkomingen en slechte eigenschappen, moeten we erkennen dat wij als mensen niet perfect zijn. We zijn niet heilig of volmaakt. Het is belangrijk om te streven naar het juiste en hierin oprecht te zijn. Fouten maken is menselijk, maar wat telt, is hoe we daarop reageren. We kunnen onszelf reinigen door berouw te tonen aan Allah voor al onze misdoeningen. Hiermee komen we in het reine met onszelf en vervolgens met onze Schepper. De Profeet, vrede zij met hem, zei:
“Elke mens maakt fouten en de besten onder degenen die fouten maken zijn degenen die berouw tonen.” [9]
De waarde van zwijgen
We kennen allemaal wel het gezegde: “Spreken is zilver, zwijgen is goud.” Zwijgen kan soms krachtiger zijn dan spreken. Stilte kan wijsheid en zelfbeheersing tonen. Het kan helpen om onnodige conflicten te vermijden en anderen de ruimte te geven om te spreken. Daarom wordt zwijgen als nog waardevoller beschouwd, vergelijkbaar met goud. Je kunt jezelf temmen door je tong in bedwang te houden. Als je niets goeds kunt zeggen, kun je beter zwijgen. De metgezel Anas bin Malik haalde een overlevering aan van de Wijze Luqmān en zei:
“Zwijgen is wijsheid en maar weinigen beoefenen het.” [10]

Goed gedrag weegt zwaar op de weegschaal
Goed gedrag helpt je om van tekortkomingen en slechte eigenschappen af te komen omdat het je aanmoedigt om jezelf te verbeteren. Door steeds te kiezen voor wat juist is, vervang je slechte gewoonten door goede. Dit geeft je innerlijke rust en zelfrespect.
Ook beïnvloed je anderen positief, wat je helpt om in een ondersteunende omgeving te leven. Bovendien kom je dichter bij je morele en spirituele doelen, wat je helpt om negatieve invloeden te verminderen en je ziel te zuiveren. De Profeet heeft hierover het volgende overgeleverd:
“De meest volmaakte gelovigen in hun geloof zijn degenen die de beste manieren hebben.” [11]
“Niets weegt zwaarder op de weegschaal van de gelovige op de Dag des Oordeels dan goed gedrag. En voorwaar, Allah verafschuwt de onbeschaamde en grove persoon.”[12]
“Zal ik jullie vertellen wie van jullie mij het dierbaarst is en wie het dichtst bij mij zal zitten op de Dag des Oordeels?” vroeg hij drie keer. Toen zeiden we: “Ja, o Gezant van Allah.” Hij antwoordde: “Degenen onder jullie die de beste manieren hebben.” [13]
Het begrijpen van de Schone Naam, al-Quddūs, een van de 99 Schone Namen van Allah, kan ons inspireren om naar zuiverheid te streven in ons eigen leven. Deze naam, die ‘de Allerheiligste’ betekent, symboliseert de volmaakte zuiverheid en heiligheid van Allah. Door ons eigen gedrag te spiegelen aan deze naam, worden we ons bewust van onze tekortkomingen en kunnen we actief werken aan onze spirituele groei. Dit proces van zelfreflectie en verbetering helpt ons een diepere verbinding met Allah te ontwikkelen en biedt een pad voor persoonlijke en spirituele ontwikkeling.
[1]
هُوَ اللَّهُ الَّذِي لَا إِلَٰهَ إِلَّا هُوَ الْمَلِكُ الْقُدُّوسُ
Koran, 59:23.
[2]
يُسَبِّحُ لِلَّهِ مَا فِي السَّمَاوَاتِ وَمَا فِي الْأَرْضِ الْمَلِكِ الْقُدُّوسِ الْعَزِيزِ الْحَكِيمِ
Koran, 62:1.
[3]
حدثنا أبو بكر بن أبي شيبة حدثنا محمد بن بشر العبدي حدثنا سعيد بن أبي عروبة عن قتادة عن مطرف بن عبد الله بن الشخير أن عائشة نبأته أن رسول الله صلى الله عليه وسلم كان يقول في ركوعه وسجوده سبوح قدوس رب الملائكة والروح حدثنا محمد بن المثنى حدثنا أبو داود حدثنا شعبة أخبرني قتادة قال سمعت مطرف بن عبد الله بن الشخير قال أبو داود وحدثني هشام عن قتادة عن مطرف عن عائشة عن النبي صلى الله عليه وسلم بهذا الحديث
Muslim bin al- Ḥajjāj al-Qushayrī (261 AH), Ṣaḥīḥ al-Muslim, deel 1, Kitāb al-Ṣalāh, Bāb mā Yuqāl fī al-Rukūʾ wa al-Sujūd (Caïro: Dar Ihya Al-Kutub Al-Arabiyyah, 1991), 353.
[4]
قُلْ نَزَّلَهُ رُوحُ الْقُدُسِ مِن رَّبِّكَ بِالْحَقِّ لِيُثَبِّتَ الَّذِينَ آمَنُوا وَهُدًى وَبُشْرَىٰ لِلْمُسْلِمِينَ
Koran, 16:102.
[5]
وإنما سمى الله تعالى جبريل “روحا ” وأضافه إلى “القدس ” لأنه كان بتكوين الله له روحا من عنده من غير ولادة والد ولده فسماه بذلك “روحا ” وأضافه إلى “القدس ” – و “القدس ” هو الطهر – كما سمي عيسى ابن مريم “روحا ” لله من أجل تكوينه له روحا من عنده من غير ولادة والد ولده
Muḥammad Ibn Jarīr Al-Ṭabarī (310 AH), Tafsīr Al-Ṭabarī, deel 2, Tafsīr Sūrat al-Baqarah, al-Qawl fī Ta’wīl Qawlih Taʿālā Wa-Ayyadnāhu bi-Rūḥ al-Qudus (Egypte: Darul Ma’arif, 1955), 321.
[6]
سمي جبريل عليه السلام بذلك لأنه يحيا به الدين كما يحيا البدن بالروح فإنه هو المتولي لإنزال الوحي إلى الأنبياء ، والمكلفون في ذلك يحيون في دينهم
Fakhr al-Dīn al-Rāzī (606 AH), al-Tafsīr al-Kabīr, deel 3, Sūrat al-Baqarah, Qawluh Taʿālā Walaqad Ātaynā Mūsā al-Kitāb Wa Qaffaynā Min Baʾdih bi-al-Rusul (Beiroet: Dar al kotob al Ilmiyah, 2004), 162.
[7]
وحدثني عن مالك عن ابن شهاب عن علي بن حسين بن علي بن أبي طالب أن رسول الله صلى الله عليه وسلم قال من حسن إسلام المرء تركه ما لا يعنيه
Mālik bin Anas bin Mālik al-Aṣbahī (179 AH), Muwaṭṭa Imam Mālik, deel 1, Kitāb Al-Jāmiʾ, Bāb Ḥasan al-Khuluq Mā Jā-a fī Ḥasan al-Khuluq (Cairo: Dar Ihya al-Kutub al-‘Arabiyyah, 1994), 692.
[8]
حدثنا سويد بن نصر أخبرنا عبد الله بن المبارك أخبرنا إسمعيل بن عياش حدثني أبو سلمة الحمصي وحبيب بن صالح عن يحيى بن جابر الطائي عن مقدام بن معدي كرب قال سمعت رسول الله صلى الله عليه وسلم يقول ما ملأ آدمي وعاء شرا من بطن بحسب ابن آدم أكلات يقمن صلبه فإن كان لا محالة فثلث لطعامه وثلث لشرابه وثلث لنفسه حدثنا الحسن بن عرفة حدثنا إسمعيل بن عياش نحوه وقال المقدام بن معدي كرب عن النبي صلى الله عليه وسلم ولم يذكر فيه سمعت النبي صلى الله عليه وسلم قال أبو عيسى هذا حديث حسن صحيح
Abū ʿIsā Muḥammad al-Tirmidzī (279 AH), Sunan al-Tirmidzī, deel 4, Kitāb al-Zuhd ʿAn Rasūl Allāh Ṣallá Allāhu ʿAlayhi Wa-Sallam, Bāb Mā Jā-a fī Karāhiyat Kathrat al-Akl (Beiroet: Dar Al-kotob Al- Ilmiyah, 2017) 510.
[9]
حدثنا أحمد بن منيع حدثنا زيد بن حباب حدثنا علي بن مسعدة الباهلي حدثنا قتادة عن أنس أن النبي صلى الله عليه وسلم قال كل ابن آدم خطاء وخير الخطائين التوابون قال أبو عيسى هذا حديث غريب لا نعرفه إلا من حديث علي بن مسعدة عن قتادة
Abū ʿIsā Muḥammad al-Tirmidzī (279 AH), Sunan al-Tirmidzī, deel 4, Kitāb Ṣifat al-Qiyāmah wa al-Raqāʾiq wa al-Waraʾ ʿan Rasūl Allāh ṣallá Allāhu ʿalayhi wa sallam, Bāb minhū
(Beiroet: Dar Al-kotob Al- Ilmiyah, 2017) 569.
[10]
أخبرنا أبو عبد الله الحافظ حدثني أبو بكر محمد بن أحمد بن بالويه حدثنا إسحاق بن الحسن بن ميمون حدثنا عفان حدثنا حماد بن سلمة حدثنا ثابت عن أنس : ” أن لقمان كان عند داود وهو يسرد الدرع فجعل يفتله هكذا بيده فجعل لقمان يتعجب ويريد أن يسأله فيمنعه حكمته أن يسأل فلما فرغ منها صبها على نفسه وقال : نعم درع الحرب هذه فقال لقمان : إن الصمت من الحكم وقليل فاعله كنت أريد أن أسألك فسكت حتى كفيتني ” . هذا هو الصحيح عن أنس : ” أن لقمان قال : الصمت حكم وقليل فاعله
Abū Bakr Aḥmad ibn al-Ḥusayn ibn ʿAlī al-Bayhaqī (458 AH), al-Jāmiʾ li-Shuʾb al-Īmān, deel 7, al-rabiʾ wa al-Thalāthūn min Shuʾb al-Īmān wa Huwa Bāb fī Ḥifẓ al-Lisān ʿammā lā Yaḥtāj ilayhi, Faṣl fī Faḍl al-Sukūt ʿan Kull mā lā Yaʾnīhi wa Tark al-Khawḍ fīhi (Saoedi Arabie: Maktaba al-Rushd, 2003), 74.
[11]
حدثنا أحمد بن حنبل حدثنا يحيى بن سعيد عن محمد بن عمرو عن أبي سلمة عن أبي هريرة قال قال رسول الله صلى الله عليه وسلم أكمل المؤمنين إيمانا أحسنهم خلقا
Abū Dāwūd Sulaymān bin al- Ash’ath al-Azdī al-Sijistānī (275 AH), Sunan Abī Dāwūd, deel 4, Kitāb Al-Sunnah, Bāb al-Dalīl ʿAlā Ziyādat al-Īmān wa Nuqṣānih (Beiroet: Maktaba al – ‘ Asriyya, g.d.), 220.
[12]
حدثنا ابن أبي عمر حدثنا سفيان حدثنا عمرو بن دينار عن ابن أبي مليكة عن يعلى بن مملك عن أم الدرداء عن أبي الدرداء أن النبي صلى الله عليه وسلم قال ما شيء أثقل في ميزان المؤمن يوم القيامة من خلق حسن وإن الله ليبغض الفاحش البذيء قال أبو عيسى وفي الباب عن عائشة وأبي هريرة وأنس وأسامة بن شريك وهذا حديث حسن صحيح
Abū ʿIsā Muḥammad al-Tirmidzī (279 AH), Sunan al-Tirmidzī, deel 4, Kitāb al-Bir Wa al-Ṣilah ʿAn Rasūl Allāh Ṣallá Allāhu ʿAlayhi Wa Sallam, Bāb Mā Jā-a fī Ḥasan al-Khuluq (Beiroet: Dar Al-kotob Al- Ilmiyah, 2017) 318.
[13]
حدثنا يعقوب سمعته يحدث يعني أباه عن يزيد بن الهاد عن عمرو بن شعيب عن أبيه عن محمد بن عبد الله عن عبد الله بن عمرو أنه قال إن رسول الله صلى الله عليه وسلم قال في مجلس ألا أحدثكم بأحبكم إلي وأقربكم مني مجلسا يوم القيامة ثلاث مرات يقولها قال قلنا بلى يا رسول الله قال فقال أحسنكم أخلاقا
Mālik bin Anas bin Mālik al-Aṣbahī (179 AH), Muwaṭṭa Imam Mālik, deel 2, Kitāb Al-Jāmiʾ, Bāb Ḥasan al-Khuluq Mā Jā-a fī Ḥasan al-Khuluq (Cairo: Dar Ihya al-Kutub al-‘Arabiyyah, 1994), 218.